De productieve schrijvers Jaap van ’t Hek en Leike van Oss hebben na hun boeken On-omkeerbaar en On-derweg een volgend On-boek toegevoegd aan hun toch al omvangrijke oeuvre. In Onmacht in samenleving en organisatie beschrijven zij de gevolgen van het neoliberale en postmoderne denken voor organisaties. Vanuit hun ervaring als organisatieadviseurs beschrijven zij de verschuivingen die in de maatschappij de laatste 30 jaar hebben plaatsgevonden. En dan vooral de onmacht die mensen in hun rollen van burgers, consumenten, medewerkers en managers kunnen ervaren. Drie typen onmacht komen aan bod: individuele, relationele en systemische onmacht. Hoewel de ontwikkeling van het autonome en geëmancipeerde individu vanaf de jaren ’60 van de vorige eeuw een positieve ontwikkeling was, slaat het heden ten dage vaak in het tegendeel om. Als individu ben je zelf verantwoordelijk voor je eigen slagen en geluk, want je leven is maakbaar. Althans, dat is het neoliberale, individugerichte paradigma. Als systeemdenkers benadrukken de auteurs de verwevenheid van ons individuele ervaren en handelen met de invloed en grenzen van het systeem van samenleving en organisatie. Dit doen zij in een zeer geslaagde analyse, die laat zien hoe economie, digitale revolutie, psychologie e.d. ons gevoel van onmacht vergroten.Het boeiende eerste deel van hun boek maakte mij enigszins pessimistisch en versterkte mijn gevoel van onmacht.
Wat mij echter weer optimistisch deed opveren is het tweede deel, waarin zij een (al eerder verwoord) onderscheid maken tussen het adaptieve en het ontworpen organisatiesysteem. Hun zienswijze geeft mij handvatten om de onmacht te begrijpen en te hanteren.
Het ontworpen organisatiesysteem omvat de geplande veranderingen die managers doorvoeren in een organisatie, ten einde beter het hoofd te bieden aan allerlei veranderingen uit de omgeving. Je zou kunnen zeggen: hier overheerst Macht, in de zin van de invloed die de top wil uitoefenen in de organisatie (N.B. dit betekent niet dat de top geen Onmacht zou ervaren).
Het adaptieve organisatiesysteem bestaat uit de aanpassingen die medewerkers in een organisatie met elkaar – vaak stilzwijgend – doorvoeren als reactie op allerlei veranderingen van het ontworpen organisatiesysteem. Je zou kunnen zeggen: hier overheerst vaak Onmacht. (N.B. dit betekent niet dat medewerkers geen Macht zouden hebben om invloed uit te oefenen).
Bijvoorbeeld: als er urenregistratie wordt ingevoerd (ontworpen organisatiesysteem), zal de werkvloer daar op een bepaalde manier zodanig mee omgaan, om er zo min mogelijk last van te hebben (adaptief organisatiesysteem).
Voor managers en adviseurs is het van belang alert te zijn op de botsing die tussen beide systemen plaats kan vinden. De verstoring van routines, het beroep op de rekkracht van mensen, het vergroten van onzekerheid in een organisatie als gevolg van geplande veranderingen kan de gevoelde onmacht versterken. En dat niet alleen op individueel niveau, maar ook op het niveau van de organisatie als geheel. Zo betogen ze dat door de focus op zuinigheid, efficiency en centrale beheersing we organisaties bouwen die systematisch te fragiel en kwetsbaar zijn. Citaat: “We hebben organisaties zo energiezuinig, lean en just-in-time gemaakt dat ze geen mogelijkheid meer hebben om zich aan onverwachte gebeurtenissen aan te passen.” Van ’t Hek en Van Oss pleiten voor congruentie tussen beide systemen. Zij bieden een aantal aanknopingspunten, die aanbevelenswaardig doch niet zo eenvoudig te realiseren zijn. Een prachtig boek, dat tot nadenken stemt.
René Meijer
Jaap van ’t Hek en Leike van Oss, Onmacht in samenleving en organisatie, 2020, Boom uitgevers Amsterdam.